Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En de HEERE zal [63]over henlieden verschijnen, en [64]Zijn pijlen zullen [65]uitvaren als een bliksem; en de Heere HEERE zal met de bazuin blazen, en Hij zal voorttreden [66]met stormen uit het zuiden. 63. Te weten, over de Joden. Anderen, over Juda en Efraim. Anderen, tegen hen, te weten, de Grieken. 64. Hebr. zijn pijl. 65. Te weten, uit den hemel, tegen de vijanden van zijn volk. 66. Of, als een onweder. De zin is: Hij zal zich met zulk ene onstuimigheid op de vijanden der kerk werpen, gelijk de stormen, die uit het zuiden komen; zie Jes.21:1 de aantekening aldaar, en verg. Joz.10:11, en 2 Sam.5;24.